Boerderij De Sophiahoeve 100 jaar
Mei 2025 – Onze boerderij aan de Wasbeeklaan werd in 1925 gebouwd. De familie Warmerdam maakt al veel langer kaas en boter, eerder hadden ze een boerderij ongeveer op de locatie van het huidige motel Sassenheim. Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de boerderij kregen we bezoek van Ingrid Langeveld, voor een artikel in de Teylinger:
‘’Werken in de natuur en met de dieren, een mooi product maken en dat verkopen op markten én op die markten het verhaal vertellen. Dat is het allermooiste wat er is”, verwoorden de blaarkopveehouders Theo Warmerdam en zoon Jelle hun vak. Tegelijkertijd tekent dat waar blaarkopzuivelboerderij De Sophiahoeve aan de Wasbeeklaan in Warmond met haar melkkoeien van het zeldzame ras blaarkop voor staat. Deze maand viert De Sophiahoeve een mijlpaal: vier generaties Warmerdammen boeren er precies honderd jaar.

Theo (60) en Jelle (25) doen veel als het om het om het welzijn van hun dieren gaat. Zoveel als mogelijk staan zowel de melkkoeien als het jongvee buiten in de wei in de polder. Maar ook stoppen de veehouders veel energie in de kaasbereiding. Want het op ambachtelijke wijze én volgens een eeuwenoud recept kaas maken (in het bijzonder de Boeren Leidse-met-Sleutels) van de afgeroomde melk van haar raszuivere blaarkopkoeien, doet de familie Warmerdam al meer dan vierhonderd jaar. Het oeroude ambt (in 2017 officieel uitgeroepen tot Nederlands immaterieel cultuur erfgoed) gaat in de stamfamilie trouw van vader op zoon door. Inmiddels is Theo de twaalfde generatie. Toegegeven, op De Sophiahoeve de derde en Jelle de vierde generatie die er boert én er het kaasambacht uitoefent.
De geschiedenis van de eeuwling aan de Wasbeeklaan begint anno 1924. In dat jaar sticht Jan Warmerdam (1887-1974), herkomstig van boerderij De Bult aan de Jacoba van Beierenweg in Voorhout, het fundament van De Sophiahoeve wanneer hij eigenaar wordt van een boerenschuur en van 16 hectare grasland in de Groot- en Klein-Hemmeerpolder. Honderduit vertellend pakt Theo een ordner uit de kast. Terwijl hij een slok van zijn koffie drinkt toont hij een veelbetekenend document waaruit de gunning van het onroerend goed blijkt.
“Die schuur”, verduidelijkt de veehouder met gepaste trots, “die verbouwde hij tot een grupstal en aan de voorzijde eraan vast liet hij een kaasmakerij met karnmolen, kaaskelder, boenhok en woning bouwen. Halverwege 1925 gaat hij er wonen, samen mét zijn uit Noordwijk afkomstige vrouw Sophia Hoogeveen naar wie hij de boerderij vernoemt.”
Aanvankelijk huisvest Jan Warmerdam zijn koppel dieren in de grupstal van de boerderij. Jaar in jaar uit de dieren, de melk, het hooi én de mest per veeschuit verschepend naar en van de weilanden in de Hemmeerpolder. Tot omstreeks 1959 wanneer Jan (ondertussen op De Sophiahoeve boerend met zijn in dat jaar getrouwde zoon Dirk) in de Hemmeerpolder een melkschuur en een jongveestal laat bouwen, nadat een aantal jaren eerder een aangelegde brug het bereik van de weilanden in die polder over land mogelijk maakt.
Tegelijkertijd stappen de veehouders over op het machinaal melken van de circa 50 melkkoeien tellende blaarkopkoppel en voeren daarnaast verschillende andere mechanische vernieuwingen door. In 2010 verrijst in de Hemmeerpolder een modern ingerichte ligboxenstal, allerminst met het intentie de veestapel te laten groeien, maar juist om de kwaliteitsverbetering. “Teneinde melk te winnen van een nog hoger niveau en die tot meerwaarde te maken voor betere en nóg lekkerdere kaas en boter en die geëtiketteerd te vermarkten”, belicht Theo de verreikende investering. “Een aanzienlijk deel is zelfs voorzien van ons eigen ontworpen huislabel De Warmerdammer”. Aan de melkfabriek levert De Sophiahoeve al ruim een jaar geen melk meer.
Bepaald niet verwonderlijk om uit de mond van Theo en Jelle te horen dat zij liefhebbers zijn van koeien die veel melk produceren en zij daar ook hun fokbeleid op richten. “Marleen 65 is echt een topkoe, een krachtpatser”, zegt Theo vol trots. Hij wijst naar een aan de keukenmuur hangende ingelijste foto van de extreem productieve koe die in 2021 in haar dertiende levensjaar de melkproductiegrens van 100.000 kilo heeft doorbroken.
“En wat te denken van Tetske 122. Dit jaar heeft zij voor de 14e keer gekalfd en is ook zij onderweg naar dat kwantum van 100.000 kilo melk.”
Kenmerkend voor De Sophiahoeve zijn de van origine uit Noord-Groningen afkomstige blaarkopkoeien, een inmiddels bedreigd en zeldzaam oudhollands runderras waar Theo en Jelle zich voor het behoud ervan al jarenlang inzetten. Met als beloning het aan de gevel van de stal geschroefde predicaat ‘Erkend Fokcentrum’ van de Stichting Zeldzame Huisdierrassen, een certificaat dat bekrachtigt dat stieren van De Sophiahoeve landelijk worden ingezet voor de KI (Kunstmatig Inseminatie). “Uit verschillende moederlijnen selecteren we de beste nakomelingen”, verheldert Theo. Hij noemt Hemmer Job (1998), een fokstier die ooit was aangemerkt als eerste KI-stier. “Hij geeft prachtige kalveren, zonder missers.”
Dat de Warmondse veehouders nog steeds trouw zijn aan het ras Blaarkop mag best uniek worden genoemd. “De blaarkop past bij onze bedrijfsvoering”, zijn de kaasbereidend veehouders stellig.
“Een sober, probleemloos ras met alleen maar voordelen en slechts één nadeel: ze geven iets minder melk, maar wel melk van topkwaliteit om meer én de lekkerste kaas en boter van te maken. Melk-meerwaarde, dat is de kracht van De Sophiahoeve en dat al honderd jaar lang!”
Ook te lezen via de website van de Teylinger: Blaarkopzuivelboerderij De Sophiahoeve 100 jaar